- arrangeren
- {{arrangeren}}{{/term}}1 [rangschikken] arrange ⇒ 〈uitstallen〉 set out2 [schikkingen treffen] arrange ⇒ 〈organiseren〉 organize, get up3 [muziek] arrange ⇒ score♦voorbeelden:3 voor orkest arrangeren • orchestrate, score
Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels. 2015.